Milieustatistiek

Wij hebben verscheidene projecten uitgevoerd voor de Europese Commissie (DG Eurostat). Eurostat is het statistisch bureau van de Europese Unie, en is gehuisvest in Luxemburg. De taak van Eurostat is het verzorgen van statistieken op het Europese niveau, die vergelijkingen tussen de lidstaten en regio's mogelijk maken.

Milieudrukindicatoren en -indices voor de Europese Unie

  • Rapporten Towards Environmental Pressure Indices for the EUDefiniëren van indicatoren voor onttrekking van Natuurlijke Hulpbronnen. In het kader van dit project hebben we ook een bijdrage geleverd aan het boek 'Measuring Environmental Degradation' (Edward Elgar Publishing 2001).
  • Publicatie van een 'vroege oogst' rapport van 6 indicatoren voor elk van de 10 Europese milieubeleidthema's (Natuurlijke Hulpbronnen, Water, Verspreiding van Giftige Stoffen, Waterverontreiniging, Mariene Milieu en Kustzones, Aantasting van de Ozonlaag, Klimaatverandering, Luchtverontreiniging en Stedelijke Milieuproblemen). Dit rapport is verschenen onder de naam "Towards Environmental Pressure Indicators for the EU - First Edition 1999". Zeer bijzonder en interessant aan dit rapport is, dat voor het eerst een 'meta indicator' voor de kwaliteit van de indicator zelf is meegeleverd. Een dergelijke 'NUSAP'-achtige benadering was nog niet eerder gepubliceerd in een document van de EC. Voor elk van de criteria :
    • 'Relevantie' (van de gepresenteerde indicator ten opzichte van de te beantwoorden beleidsvraag);
    • 'Accuratesse' (vergelijkbaarheid van gegevens, betrouwbaarheid van de gegevensbronnen, dekkingsgraad, betrouwbaarheid van de onderliggende methodologie, relevantie van de breakdown);
    • 'Vergelijkbaarheid in de tijd' (compleetheid and consistentie van de tijdreeksen van de onderliggende gegevens sets) en
    • 'Vergelijkbaarheid in de ruimte' (aantal lidstaten vertegenwoordigd in de indicator, geografische dekking en betrouwbaarheid van de gegevens binnen de lands data, verschillen in methodologie tussen de lidstaten).
  • Publicatie van een meer uitgewerkt rapport over de 10 Europese Milieuthema's, aangevuld met gegevens over de veroorzakers van de milieuproblemen: de economische sectoren.

 

Indicatoren voor de integratie van milieu in sectoraal EU beleid

We ondersteunden Eurostat bij het bedenken en maken van verschillende indicatoren van integratie van milieu in sectoraal beleid voor Transport (Transport and Environment Reporting Mechanism - TERM), Landbouw (Agri-milieu indicatoren; Nutriënten balansen, Evaluatie van de TAPAS rapporten), Energie en Water. Veel van het Agri-milieu werk is uitgevoerd in nauwe samenwerking met de OESO.

 

EU Indicatoren voor Duurzame Ontwikkeling

Onze bijdrage aan de milieu-relevante indicatoren van de EU Sustainable Development Indicators bestond uit het ontwikkelen van kwaliteitsprofielen (metadata) hiervoor.

 

Stroomlijnen van Europese Milieu-indicatoren

In het kader van het Gezamenlijk Milieu Informatie Systeem (SEIS) van de Europese Commissie, heeft de 'Groep van Vier (DG Milieu, EMA, GCO, en Eurostat) de noodzaak onderkend om toe komen tot stroomlijning van de verschillende sets van milieu-indicatoren die in Europa worden gebruikt, vooral die van de Europese instituten, de OESO en de VN.

Europese beleidsmakers vertrouwen in hoge mate op analyses op basis van gegevens uit zeer verschillende bronnen. Daarom is het essentieel voor de EU om te beschikken over een systeem dat beschikt over de meest  recente informatie en over communicatietechnologie die besluitvorming op alle niveaus (locaal tot Europees) toelaat met up-to-date milieu gegevens.

Dit vereist een verbetering van de wijze waarop milieugegevens nu worden verzameld, geanalyseerd en gecommuniceerd. De behoefte tot verbetering van samenwerking tussen betrokken instanties en een betere interactie met de burger lag ten grondslag aan het opzetten van een 'Shared Environmental Information System (SEIS)'.

Probleembeschrijving

Veel milieu- (en duurzame ontwikkeling) indicatoren zijn in de loop van de tijd ontwikkeld, elk met hun eigen doelstelling en beoogd publiek. In de loop van de tijd werd het echter steeds meer onmogelijk om door de bomen het bos te blijven zien. Soms hebben twee indicatoren de zelfde naam, maar presenteren iets geheel verschillends. Andere indicatoren zijn exact het zelfde, maar hebben een verschillende naam. Verder is er een verwevenheid  tussen indicatorsets, waarbij indicatoren in de ene set soms (her)gebruikt worden in een andere set, vaak met de nodige aanpassingen. Zonder overkoepelend systeem van metadata en kwaliteitscontrole is dit een hachelijke ontwikkeling. Garbage in wordt ongemerkt garbage out.

Projectopdracht

De projectopdracht is een dubbele:

  • Kap het kreupelhout. Harmoniseer de naamgeving van de indicatoren en vul de metadata aan tot een voldoende niveau voor alle indicatoren.
    Maak het gemakkelijker voor de gebruiker om de juiste indicator voor de juiste toepassing te kiezen.
  • Ontwerp en implementeer een overkoepelend kwaliteitssysteem, met daarin de mogelijkheid ook de productie van de indicatoren te stroomlijnen (sneller, makkelijker, minder kosten).

 

Projectresultaten

Uit 10 indicator sets (AEI, CEI, CSI, EERM, EPI, SDI, SEVI 2010, SI, ISD en TERM) werden 435 milieu(relevante) indicatoren geïdentificeerd als potentieel te stroomlijnen. Voor al deze indicatoren is de bestaande metadata bijeen gebracht, verbeterd en aangevuld door middel van aanvullende documentatie, interviews, etc. Vervolgens is een methode bedacht waarop de indicatoren geclusterd konden worden en per cluster is bekeken welke indicatoren voor stroomlijning in aanmerking kwamen.

Project aanbevelingen

  • Procesmanagement met Business Process ModelingWaar verschillende gegevensbronnen gebruikt worden voor vrijwel identieke indicatoren, dient zoveel mogelijk gekozen te worden voor gebruikmaking van dezelfde gegevensbron. Kies er een uit, of integreer de bronnen tot één nieuwe bron.
  • Waar gemeenschappelijke bronnen worden gebruikt voor verschillende indicatoren, dient bezien te worden of een (her)verdeling van taken mogelijk is. Voorkom hierdoor dubbel werk, verschillen in methodologie en verwarring over geestelijk eigendom.
  • Dit betekent dat indicator makers het eens moeten worden over (her)verdeling van taken.
  • Pas een gemeenschappelijk systeem toe van naamgeving of codering en van metagegevens. Dit systeem dient publiekelijk toegankelijk te zijn, zodat alle gebruikers zich aanvullend kunnen informeren.
  • Ontwikkel aparte metagegevens over het hoe en waarom van de presentatiewijze van de indicatoren (populaire namen, grafieken, etc.)
  • Stel indicator kwaliteitsteams in binnen- en tussen de betrokken organisaties en zorg voor taakomschrijving, voldoende mandaat en een vastgesteld budget en tijd allocatie.
  • Stel procedures in voor amendering van bestaande indicatoren, en documenteer de beslissingen. Deze procedures moeten een TQM benadering hebben, met andere woorden: kwaliteitscontrole moet ook toegepast worden op gegevens van derden.
  • Creëer een indicator beheer organisatie.
  • Gebruik Business Process Modeling (BPM) software om een volledig overzicht te maken van alle stappen in het proces van gegevens tot indicator. Bij iedere stap moet eigenaarschap van de gegevens, hoeveelheid tijd en arbeid besteed, en de kosten expliciet gemaakt worden en in het systeem opgenomen worden. Op deze wijze kan doorgerekend worden welke routes het minst kosten of het snelste de indicatoren opleveren. Dit kan gebeuren voor individuele indicatoren, maar ook voor groepen indicatoren. Op deze wijze resulteert stroomlijning ook in snellere en goedkopere productie van indicatoren.